‘De prijzen van de kinderopvang dwingen je bijna om thuis te blijven’

Dit jaar is de uurprijs voor kinderopvang op de populairste plekken vanwege de inflatie gestegen tot rond de 12 euro, al zijn dat de uitschieters. Gemiddeld betalen ouders nu ruim 9 euro per uur voor dagopvang. Flink duurder dan vorig jaar, maar de vraag naar opvang blijft onverminderd hoog, blijkt uit een rondgang bij kinderopvangorganisaties in Nederland. Twee ouders vertellen over hun ervaringen.

Breanna McDonald (35): ‘Meer werken is geen optie, dan krijgen we nog minder toeslag’

Ruim 1900 euro moeten Breanna McDonald en haar man uit Gouda elke maand betalen aan de crèche. Dat is flink meer dan vorig jaar, omdat ze tijdelijk een dag extra opvang afnemen voor hun 2-jarige dochter, die daar nu vier dagen per week verblijft. Maar ook de gestegen prijzen hakken er behoorlijk in: alleen daardoor al is het stel maandelijks ruim 200 euro meer kwijt aan de crèche.

En omdat McDonalds man als zzp’er in de zorg een paar goede maanden heeft gedraaid met een grote omzet, keert de Belastingdienst ook nog eens 600 euro minder kinderopvangtoeslag uit dan voorheen. Het gezin betaalt nu netto (na aftrek van de toeslag) ruim 1500 euro per maand aan opvang. “We geven in totaal nu meer uit dan er binnenkomt, we teren in op ons spaargeld”, zegt McDonald.

Door geldzorgen moest ze op zoek naar een beter betaalde baan. Met pijn in het hart, zegt ze. Want vijf jaar lang werkte ze met veel plezier op een school waar haar directeur ook veel begrip toonde toen ze na de geboorte van haar dochter een postnatale depressie kreeg.

Misschien moet ze helemaal stoppen met werken, denkt de in Canada geboren McDonald soms. In ieder geval totdat haar dochter naar school gaat. “De huidige prijzen veranderen je leven. Ze dwingen je bijna om thuis te blijven, terwijl je ook een bijdrage wilt leveren aan de maatschappij.” Meer werken is ook geen optie, zegt McDonald. Omdat zij en haar man dan nog minder toeslag krijgen, vreest ze voor nog hogere kosten. Als haar dochter straks een dag minder naar de crèche gaat, krijgt het jonge gezin iets meer lucht.

Samin Torabi (35): ‘Mijn jongste kan niet terecht op de babygroep, dat steekt wel’

Een fijn kerstgeschenk was het niet. Op 27 december kregen Samin Torabi en haar man een appje van een van de pedagogische medewerkers van hun kinderdagverblijf in Rijswijk. De groep van hun 2-jarige zoontje ging sluiten. Definitief, vanwege een gebrek aan personeel en vele zieken. Extra zuur is dat hun zes maanden oude zoontje in januari zou starten op dezelfde opvang.

Twee maanden hadden ze om een nieuwe opvang voor hun jongens te vinden, maar ze kregen kinderdagverblijven aan de lijn met een minimale wachttijd van zes maanden. Sommige berekenden een uurtarief van bijna 12 euro, waardoor ze honderden euro’s duurder zijn dan de vorige opvang.

Maar op een druilerige donderdagmiddag in januari haalt ze opgelucht adem. Ze heeft een nieuwe crèche gevonden. Het kost haar zo’n 250 euro per maand meer dan voorheen. Dat komt deels door de prijsstijging en deels doordat haar jongste nu ook naar de crèche gaat.

Op kwaliteit heeft ze niet heel veel ingeboet, zegt Torabi in eerste instantie. Maar dat haar jongste niet terecht kan op de babygroep steekt wel. Hij moet op de groep met 2- en 3-jarigen, omdat elders geen plek is. En doordat de jongens slechts één dag op de opvang terecht kunnen, moet haar man, een zzp’er, een dag minder werken. Dat betekent ook een dag minder inkomen. “Maar dat doet financieel nog geen pijn, we hoeven er gelukkig niks voor te laten.”

Lees ook:

De kinderopvang wordt steeds duurder, maar voor de ouders is het ‘slikken of stikken’

Op sommige plekken is de kinderopvang dit jaar flink duurder geworden. Toch blijft de vraag naar opvang onverminderd hoog, blijkt uit een rondgang bij kinderopvangorganisaties in Nederland.