Nederland op slotEmiel Hakkenes
De bowlingkampioene oefent in de woonkamer haar werphouding
Het land is gesloten. Hoe brengen Nederlanders de lockdown door? Bowlingkampioene Marja van Dijk vreest voor haar carrière.
Ze wist niet, zegt Marja van Dijk, of ze nu naar haar hart of naar haar hoofd moest luisteren. Haar hart fluisterde: doorgooien, je zit in een goede flow. Haar hoofd gebood: je hebt rust nodig, je geblesseerde duim moet herstellen. En toen, halverwege de training in bowlingcentrum ’s-Heerenberg, verscheen Mark Rutte op het televisiescherm: Nederland ging op slot. Ook het bowlingcentrum, al veertig jaar een begrip in de Achterhoek, moest sluiten. “Toen werd het dus voor mij beslist”, zegt Van Dijk. “Alsof het zo moest zijn.”
Na vele jaren volleyballen maakte Marja van Dijk (59) een jaar of tien geleden de overstap naar bowling. Een collega uit het ziekenhuis in Arnhem introduceerde haar bij een vereniging. Een trainer onderkende haar talent, verbeterde haar aanlooptechniek en werphouding. Ze begon wedstrijden te winnen voor spelers boven de vijftig jaar, schafte eigen ballen aan (sommige dof, andere gepolijst) en liet er duimgaten op maat in boren.
Toen ze veertig jaar bij het ziekenhuis werkte, kocht ze van haar gratificatie een vliegticket naar Las Vegas om deel te nemen aan het wereldkampioenschap. Ze presteerde verdienstelijk bij de dubbels, maar kort daarop werd in Nederland de sport stilgelegd vanwege corona. “Mijn seizoen was kapot”, verzucht Van Dijk.
Na de zomer startte alles weer, toen zat ze dus in die flow, werd ze zelfs Nederlands kampioen bij de vrouwen. Maar de nieuwe lockdown maakte aan alle voorspoed een eind. “Weer een seizoen kapot.”
Nu zit Van Dijk (zwarte lederen broek, zwarte blouse met bloemen, kastanjebruin geverfde krullen) thuis in Duiven, met haar gepensioneerde man Rob, hun slechtziende poedel en de goudparkiet. Elke dag fietst ze – 10 kilometer heen, 10 kilometer terug – naar het ziekenhuis, waar het code zwart is. Maar verder, zegt ze, kan ze haar energie moeilijk kwijt. “Normaal is bowling een gigantische uitlaatklep. Maandagavond dubbels, op donderdag bedrijvencompetitie en in het weekend een toernooi.” Dat is dan het balcontact. “Fysiek moet je ook op peil blijven. Mijn core stability train ik in de sportschool.” Maar ook die is dicht.
Soms vraagt ze zich af, zegt Van Dijk, of ze haar laatste prijs al heeft gewonnen. Dan komt er op het plankje boven de wc geen schaal of bokaal meer bij. “Ik word ouder en er komen nieuwe vijftigplussers bij, die soms al jaren ervaring in de sport hebben.”
Ze probeert soepel te blijven. Soms gooit ze een bowlingbal op het bed, maar dat is eigenlijk te hoog en daardoor forceert ze haar duim. Ze gaat ook weleens in de woonkamer in de werphouding staan en zwaait dan heen en weer met een bal in een opbergzak, om haar afzetbeen (links) op spanning te houden.
Haar grootste zorg (“Schrijf dat maar op”) is: hoeveel bowlinghuizen blijven overeind? “Die moeten het hebben van groepen, van de bitterballen in het weekend.”
Verslaggever Emiel Hakkenes reist door Nederland en peilt de stemming.
Lees ook:
Deze chef-kok schildert nu de plinten van het hotel. ‘Je mist de reuring, de gasten’
Het land is gesloten. Hoe brengen Nederlanders de lockdown door? Chef-kok Hans van Triest is in zijn hotel gaan wonen.