ReportageKeti Koti
Amsterdam biedt excuses aan voor slavernijverleden. ‘Als bestuur nemen wij onze verantwoordelijkheid’
Amsterdam bood donderdag langverwachte excuses aan voor zijn besmette verleden. Dat deed burgemeester Halsema tijdens Keti Koti, de nationale herdenking van het afschaffen van de slavernij.
Het valt niet meer te ontkennen: Amsterdam was eeuwenlang volop betrokken bij de start en expansie van de slavenhandel – van de vele scheepswerven, via het Paleis op de Dam tot aan de prachtige herenhuizen in de grachtengordel. Met haar excuses maakt burgemeester Femke Halsema de cirkel rond. Want van haar vele voorgangers maakte ruim de helft fortuin dankzij de slavernij.
“Geen enkele nu levende Amsterdammer heeft schuld aan het verleden. Maar als bestuur nemen wij onze verantwoordelijkheid. Dit stadsbestuur staat in een lijn met die regenten en burgemeesters, wier handelen wij verafschuwen. Voor de actieve betrokkenheid bij het commerciële systeem van koloniale slavernij en de wereldwijde handel in tot slaafgemaakten bied ik, namens het college van burgemeester en wethouders, excuses aan”, zo sprak Halsema donderdagmiddag bij het slavernijmonument in het Amsterdamse Oosterpark.
Daarop barstte applaus los, zelfs tot buiten het hek van het deels afgesloten park. Daar juichte ook de feestelijk geklede Rotterdamse ‘Blackxima’, die boos was omdat alleen genodigden waren toegelaten. “En ik wil ook de Gouden Koets terug”, aldus deze Grace Wijnhard.
In 2019 had de gemeenteraad van Amsterdam gevraagd om onderzoek naar het verleden. Dat leverde vorig jaar september onweerlegbare bewijzen op. De Amsterdamse elite belegde en verdiende eeuwenlang aan slavenplantages, de koloniën en slavenhandel. Amsterdam was zelfs voor een derde eigenaar van het ‘bedrijf’ Suriname. “De elite schoof door. Men was een paar jaar burgemeester, en dan bestuurder van de WIC of de Sociëteit Suriname”, zegt historicus Annemarie de Wildt van het Amsterdam Museum, die eerder meeschreef aan de Gids Slavernijverleden Amsterdam.
Zo speelde burgemeester Reinier Pauw (1605-1620) een grote rol bij het opstarten van slavenhandel door de VOC in bezet Nederlands-Indië. Pauw was burgemeester tussen 1605 en 1620 en investeerde flink in de VOC. Het Amsterdamse deel van de iets later opgerichte WIC vervoerde 300.000 tot slaaf gemaakte Afrikanen. Zelfs het pand waar Amnesty International nu zetelt aan de Keizersgracht was in de Gouden Eeuw een handelshuis in duizenden slaven voor de Spaanse koloniën.
Wat vond De Wildt het meest opvallend aan haar onderzoek? “Dat de verwevenheid van de slavernij in de Amsterdamse economie zo groot was, maar dat je er zo weinig van ziet. Er zijn wel wat gevelstenen en de burgemeesterswoning heeft bijvoorbeeld een plaquette gekregen, maar tot die er kwam was onzichtbaar dat een slavenhandelaar het bouwde.”
Zij vindt belangrijk dat de excuses van Halsema een erkenning zijn van het pijnlijke verleden. Dat zei ook Jeangu Macrooy, die zong op de bijeenkomst: “Erkenning en heling”. Het is voor het eerst dat in Nederland excuses voor slavernij worden gemaakt. Op excuses volgt meestal herstel voor wat is aangedaan, maar daarover is nog niets bekend. In ieder geval krijgt Amsterdam een slavernijmuseum.
Lees ook:
Het lijkt een kwestie van tijd voor de regering excuses aanbiedt voor de slavernij
Vandaag, Keti Koti 2021, belooft een historische dag te worden. Het moet raar lopen als de Amsterdamse burgemeester Halsema in het Oosterpark géén excuses aanbiedt voor het slavernijverleden. Excuses op nationaal niveau lijken een kwestie van tijd.
Lees ook:
Van VOC-pakhuis naar het mausoleum van Piet Hein: een wandelgids voor Delfts slavernijverleden
De nieuwe ‘Gids Slavernijverleden Nederland’ biedt de kans om middels stadswandelingen de duistere kant van lokale geschiedenis te leren kennen. Hoe zit dat in Delft?