PrinsjesdagTroonrede
Nederland heeft eerder zware tijden doorstaan, zegt de koning
Een sombere Troonrede, vol met zorgen. Maar de koning wil waken voor een gevoel van moedeloosheid.
Een Troonrede vol met zorgen en gevaren. Koning Willem-Alexander had een allesbehalve vrolijk verhaal te vertellen, dinsdagmiddag in de Koninklijke Schouwburg van Den Haag. “We leven in een tijd van tegenstrijdigheden en onzekerheid”, sprak hij.
Die zorgen en gevaren stapelen zich op, dusdanig zelfs, dat ‘mensen in een volwassen democratie als de onze het vertrouwen verliezen in een oplossend vermogen van politiek en bestuur’. De koning noemde dat in de Troonrede ‘zorgwekkend’.
De afkeer die mensen tegen de politiek hebben is goed zichtbaar in het nieuwe Ipsos-onderzoek, in opdracht van de NOS. Daaruit blijkt dat zeven op de tien ondervraagden weinig of heel weinig vertrouwen hebben in de landelijke politiek. Toen de Glazen Koets, met koning, koningin en kroonprinses, begin van de middag van het paleis naar de schouwburg reed, klonk vanuit het publiek boegeroep. Langs de route hingen enkele omgekeerde vlaggen.
Grote veranderingen
Willem-Alexander noemde de problemen waar mensen op dit moment mee kampen: koopkrachtverlies, woningnood, zorgen over opvang van asielzoekers en de oorlog in Oekraïne. En ‘grote veranderingen die op ons afkomen’ op terreinen als arbeidsmarkt, klimaat energie en stikstof. “Al deze onderwerpen zijn bepalend voor de manier waarop wij en onze kinderen straks wonen, werken, ondernemen en met elkaar samenleven.”
De koning wil waken voor een gevoel van moedeloosheid. Nederland heeft eerder ‘stapsgewijs grote veranderingen doorgemaakt’ en daar ‘mogen we houvast aan ontlenen’. “Die geleidelijkheid is tijdelijk. Niet alles kan en hoeft in het hier en nu.”
Willem-Alexander citeerde woorden van zijn grootmoeder Juliana, bij haar inhuldiging in 1948: ‘Wij bevinden ons op dit ogenblik van de wereldgeschiedenis in een toestand, waarin alles aankomt op onze houding tegen de dreiging van nieuwe onheilen. Nederland moet niet alleen drijvende blijven op de wilde golven van het wereldgebeuren. Het moet zelf zijn koers bepalen, en bovendien trachten met de andere volken samen de koers uit te zetten van de ganse wereldvloot’.
De koning nu: “In die onzekere jaren hebben onze ouders en grootouders gezamenlijkheid en veerkracht getoond. Van ons wordt nu, onder heel andere omstandigheden, hetzelfde gevraagd.”
Een andere omgang met ruimte en natuur
Opvallend is dat het kabinet, via de Troonrede, duidelijk wil maken dat de ‘huidige manier van leven op economische, sociale en ecologische grenzen’ stuit. Dat vergt ook ‘een andere omgang met ruimte en natuur’. “Andere manieren van wonen, werken, ondernemen en reizen. En andere vormen van samenleven. Wat niet verandert, is dat samenwerking Nederland sterker maakt dan polarisatie. Dat is van alle tijden.”
Vanzelfsprekend refereerde de koning aan de oorlog op het eigen continent. “Sinds 1945 leven wij in Nederland in vrede. Nu is een oorlog dichtbij en wordt de internationale rechtsorde en daarmee onze eigen vrijheid aangevallen. We zeggen op 4 en 5 mei heel gemakkelijk dat de waarden van vrijheid en democratie niet vanzelfsprekend zijn en dat ze actief onderhouden moeten worden en doorgegeven. Nu worden we geconfronteerd met de vraag: wat hebben we daar dan concreet voor over - moreel én materieel?” Hij noemde de wijze waarop Oekraïners hier worden opgevangen ‘een eerste antwoord’.
Ook in deze Troonrede werden de slachtoffers van de toeslagenaffaire en de gaswinning in Groningen expliciet genoemd. “Het blijft pijnlijk en beschamend dat zoveel mensen en gezinnen in grote problemen zijn gekomen door fouten en nalatigheid van de overheid.”
Lees ook:
Het kabinet heeft de gunfactor verspeeld
Het kabinet-Rutte IV moet een oplossing zien te vinden voor grote maatschappelijke onrust. Prinsjesdag staat in het teken van verharde politieke verhoudingen en discussies over bestaansonzekerheid.